‘Publieke antenne’
Anno vandaag zijn we steeds vaker getuige van het fenomeen dat een organisatie of bestuurder op sociale media wordt gekapitteld. Zonder wederhoor veroordeeld, wegens vermeende malversaties of verontwaardiging over bijv salarissen. De CEO is machteloos in het verweer tegen deze ‘publieke opinie’. Maar ook andere beroepsgroepen moeten het ontgelden. Recent werd een negatieve recensie over het restaurant van een televisie-kok op sociale media aanleiding uitgerekend de betreffende journalist af te serveren.
Het is genoegzaam bekend. Sociale media geven het individu als deelnemer aan het sociale verkeer macht. Niets mis met ‘digitale democratisering’. Bij consumenten, patiënten, studenten, reizigers, burgers, etc., eigenlijk in elke hoedanigheid van ons, individuen zorgt de digitale revolutie voor een stem die telt. En dat werkt, totdat men zonder rol stemt. Of zelfs anoniem.
Het verschil zit erin dat bij sociale media de actor geen transactionele rol neemt. Hij/zij koopt niet, studeert niet, reist niet, …. Kortom, kiest niet voor de wederkerigheid in de relatie. En neemt dus ook geen verantwoordelijkheid. Hij/zij poneert z’n klacht. Vroeger bleef dat tot beperkt in de kroeg. De distributie van een ‘like’ of ‘comment’ is nu heel anders. Een klacht heeft kracht, zelfs macht.
Daarmee zíjn sociale media niet dé publieke opinie, eerder een platform voor populisme. Vrijheid van meningsuiting gaat uit van verantwoordelijkheid, om met respect en argument te debatteren. Dat is vaak ver te zoeken, de generatie “gewoon, omdat het kan” is uit principe ‘tegen’. Daarbij ziet men politieke populisten als hun voorbeeld. Met hun bijdrage op social media ‘framen’ Trump, Johnson, Wilders, ea, (handig) de mening van hun volgers. En ook het populaire journaille bedient zich ervan. Framing is everything.
Sociologen verklaren terecht dat het en masse‘tegen’ zijn, geboren is uit ongelijkheid. Een hetze van de ‘have-nots’ tegen de ‘happy few’. Waar elders op internet de som der meningen een ‘wisdom of the crowd’ oplevert, is bij sociale media sprake van een vete van het volk. Tegen iets. Tegen de (bestuurlijke) elite.
Nu we weten waar het vandaan komt, weten we dat we er mee te maken blijven houden. En dat we eraan moeten werken om de bron, de ongelijkheid, weg te nemen. Ondertussen, niet zielig doen, het is een fact of life. Mét implicaties, dat wel.
Voor de bestuurder betekent het een stakeholder erbij. Naast people, planet, profit is sociale media een voorname stakeholders die besluitvorming (be)weegt. Het maakt dat we in voorkomende gevallen beslissingen nemen die in kosten hoger uitpakken maar sociaal beter uitlegbaar zijn. Een tegenstelling waar menig bestuurder moeite mee heeft.
Bestuurders ontwikkelen in sneltreinvaart een nieuwe competentie, een antenne. Aanvoelen van de temperatuur om risico en gezeik te voorkomen. In hetzelfde belang dat bestuurders altijd dienen; de continuïteit van het bedrijf.
Er komt een tijd dat mensen weer bereid zijn te betalen voor de fact-check, hoor & wederhoor en duiding van de kwaliteitsmedia. Tot die tijd re(a)geert de bestuurder mét de nieuwe antenne; de publieke antenne.
Note; deze column is geïnspireerd op een intervisiebijeenkomst met bestuurders over dit onderwerp.